Schönfeld Gallery presenteert een tentoonstelling van de Belgische kunstenaar Jesse Willems in het modernistische Huis Cabuy in Mechelen
In het uitzonderlijke kader van het Huis Cabuy in Mechelen — een modernistische villa ontworpen door architect Jos Chabot aan het kanaal — presenteert Schönfeld Gallery Albatros, een solotentoonstelling van de Antwerpse kunstenaar Jesse Willems (°1984).
Willems maakt werk dat zich beweegt tussen fotografie, collage en assemblage. Vaak vertrekt hij van kleine, alledaagse fragmenten — ogenschijnlijk banale details die we gemakkelijk over het hoofd zien. Door ze los te maken van hun oorspronkelijke context geeft hij ze een nieuwe betekenis en nodigt hij de toeschouwer uit tot traagheid en contemplatie.
Het Huis Cabuy is geklasseerd als beschermd monument en geldt als een belangrijk voorbeeld van het modernisme uit het interbellum in Mechelen. Chabot, bekend als een gematigd modernist, combineerde in dit ontwerp de strakke vormentaal van de Nieuwe Zakelijkheid met subtiele Art Deco-accenten. Het resultaat is een gebouw dat helder, ritmisch en speels is.
Huis Cabuy wordt vandaag niet meer bewoond, maar doet dienst als tentoonstellingsruimte voor kunst en design. Zo krijgt het gebouw een nieuwe culturele rol als ontmoetingsplaats waar erfgoed en hedendaagse creatie elkaar versterken.
De tentoonstelling loopt van 8 tot 16 november 2025.
Artist statement:
“Wanneer je de voordeur van Maison Cabuy opent, sta je meteen oog in oog met een houten sculptuur van een albatros. De link met de plek was dus vanzelfsprekend. Voor mij werd het een mooie metafoor voor de overgangsperiode waarin ik me bevind.
Een albatros legt enorme afstanden af zonder met zijn vleugels te slaan. Hij is een toonbeeld van efficiëntie, vastberadenheid en sereniteit.
Alles wat ik niet ben. Alles waar ik naar streef.
Mijn leven is onrustig, ik beweeg voortdurend, draai rond in twijfel terwijl ik vooruit wil. Albatros is voor mij een gevecht — tegen mijn eigen aard, tegen wat ik zou willen zijn, maar niet ben. De werken dragen die cirkelbewegingen in zich. Vaak gebruik ik foto’s die ik de voorbije vijftien jaar maakte en die ik nu opnieuw interpreteer. Ik snijd een cirkel uit een beeld en laat die ronddraaien. Alsof niets ooit helemaal genoeg is. Die zoektocht naar beter maakt me rusteloos, kwetsbaar, soms zelfs ondraaglijk.
De combinatie van drie cirkels naast elkaar werd de afgelopen jaren een symbool voor mijn jonge gezin — de drie sterren van Orion, in lijn aan de hemel. Na een breuk komt alles opnieuw ter discussie te staan. De cirkels raken los van elkaar. Wat volgt, is een nieuw evenwicht.
Misschien heet de volgende tentoonstelling Fenix?”
— Jesse Willems
Tekst Rik Van Puymbroeck
De keuze voor de schaduw
Elk werk heeft een naam. Persephone. My Waterloo. Vertigem. Namen zorgen voor uniciteit. Namen zorgen voor nieuwe mogelijkheden.
Er is geen albatros bij, zoek er niet naar. Niet naar de titel, niet naar de vorm. De vorm bepaalt zichzelf, Jesse Willems werkt er niet naartoe. De titels geven kansen, maar laten alles open. Het is de schaduw van een lijmstift die de vorm bepaalt Een omgevallen stoel. De verkeerd gelegde stoeptegel in Barcelona. Het blad van de plataan. De schilfer op de huid van diezelfde boom. Waar de passant achteloos aan voorbij loopt, stopt het oog van de kunstenaar.
Je kan de stoel zien of je kan zijn schaduw zien.
Allitererend bestaat de neiging om naast die albatros het woord abstract te gebruiken, maar laat niemand dat doen. Over elke lijn is nagedacht omdat juist weerhaken interessant zijn. Zijn collages leven van weerhaken. Zijn foto’s leven van zijn collages. Alles heeft alles nodig. Hoe het licht valt op plooien, formaten, voorwerpen, flora, hoeken, zonder zoeken, enkel door aandacht, door twijfelen, door stilstaan, achterover leunen, herbekijken, door binnen te halen, op te slaan, te herdenken, zo ontstaan zijn nieuwe vormen. Uitgesneden kaders, ingepakt in lagen van oud papier, gevonden op het Vossenplein, al betekend door architecten of ontworpen door behangpapierontwerpers. Dan volgt de titel. Gioa I. Gioa II.
Zoek dus geen albatros in het werk, die staat al in dit Huis Cabuy dat architect Jos Chabot tekende en dat oprees aan de Mechelse Auwegemvaart. Deze villa, modernistisch, waar de zon doorluchtig zijn weg zoek via glas-in-lood, hoeken, muren en de trap met de gesculpteerde vogel, past uitstekend bij het werk van Jesse Willems. Huis en werk versterken elkaar omdat zijn fragmenten van de werkelijkheid, ooit vertrokken (en soms nog vertrekkend) van uitvergrote foto’s, baat hebben bij diezelfde zonneslagen. Wat het daglicht in het huis aan schaduwen schenkt, kan de basis zijn van nieuwe ideeën. Maar nu staan ze zij aan zij. De dialoog is vanzelfsprekend, maar het contrast met de albatros zelf is groot. Steeds verder weg vliegt die, recht door zee. ‘Ik cirkel veel meer rond’, zegt de kunstenaar. ‘Ik twijfel meer dan de vogel. Hij is vastberaden. Er is wel een grote liefde. Mijn opa was gids in Het Verdronken Land van Saeftinghe. Hij leerde me de vogels kennen.’
Wie leerde hem kijken? Het is een belangrijke vraag, want alles draait rond kijken. ‘De manier waarop ik kijk, is hoe ik iets met andere mensen kan delen’, zegt hij. Kijken is zijn connectie. Als kind al een buitenbeentje, liever zocht hij de rand op dan het middelpunt. Je zou kunnen schrijven: de schaduw van het sociale. Aan die buitenzijde is er ruimte voor kijken, voor beschouwing, voor associëren.
Kijken, voelen en de wereld monsteren, hebben met genetica te maken. Een moeder die van kunst houdt en die liefde doorgeeft. Een vader die van gesprekken houdt. Een bompa die naar de vogels in de lucht wijst en ze benoemt. Maar kijken, voelen en de wereld monsteren, hebben ook met invloeden te maken. Het werk van Saul Leiter, bijvoorbeeld. Zeker in de beginjaren van Jesse Willems van grote indruk. Het werk van Richard Diebenkorn. Het werk van Luigi Ghirri. Hun blik op de werkelijkheid was herkenbaar. Was, want zij zijn dood. Teju Cole, de Nigeriaans-Amerikaanse schrijver, kunsthistoricus en ook fotograaf, leeft nog. In ‘Pharmakon’, zijn jongste boek, staat een foto die Jesse Willems lang voordien zelf maakte. Een exact beeld. Allebei op andere momenten gezien in Parijs, door vier verschillende ogen. Die van Cole en die van Willems. Los van elkaar, maar dus in elkaar gehaakt door eenzelfde manier van kijken. Zo communiceren ze met elkaar. In de taal van het kijken zit het wederzijds begrip. In die taal zit tijdloosheid. Je ziet iets in de tijd, maar die taal geeft het een eeuwigheid.
In Huis Cabuy zijn vijftien werken te zien. Nieuwe werken, ingepakt en uitgepakt, ontstaan dus door dat kijken en door die schaduwen, maar vooral organisch. Hij noemt het Darwinistisch. Wat van papier, ooit 80 jaar opgerold, overbleef gebruikte hij voor nieuw werk. Het sterkste overleefde. Zijn werk vloeit voort uit vroegere manieren van werken. Eerst waren er echte foto’s. Van mensen, van gebouwen, zelfs van frietkoten. Later bleken de lijnen steeds interessanter dan de mensen. Stilaan kwamen de weerslagen. Dan het plooien. Nu dit werk. ‘Het is evolutie, geen revolutie.’
Zo ontstaat identiteit, maar wie zegt wat de volgende stap wordt? Evolutie staat niet stil. Evolutie rijmt niet toevallig op entropie. Daarrond draait alles. Het gaat om nooit stoppen. ‘If you are disappearing from yourself, but you're still writing, then there is a kind of activity of thinking going on, which in my world is similar to what's going on in music’, schreef Karl Ove Knausgård. Vervang schrijven en muziek door kijken en vormen en de taal wordt weer dezelfde. Niet toevallig ligt Knausgård dit jaar op Jesse Willems’ nachtkastje. Waar ooit Kerouac lag en vorig jaar Camus, zal volgend jaar weer iemand anders liggen.
Het is evolutie. Geen revolutie.
Er is alleen de keuze voor het kijken de schaduw. Die blijft. De albatros vliegt weg.
— Rik Van Puymbroeck
Praktische informatie
Jesse Willems — Albatros
07 – 16 november 2025
Een tentoonstelling van Schönfeld Gallery
Huis Cabuy
Auwegemvaart 70
2800 Mechelen
Preview: vrijdag 7 november (geef gerust een sientje indien je aanwezig wenst te zijn: micha@clubparadis.be)
Openingsuren
zaterdag 8.11 → 11u – 18u
zondag 9.11 → 11u – 18u
vrijdag 14.11 → 11u – 18u
zaterdag 15.11 → 11u – 18u
zondag 16.11 → 11u – 18u
Of op afspraak.
Toerist Modernist
Op 16 november organiseert Toerist Modernist (Gerlin Heestermans) 2 rondleidingen van 1,5u in Mechelen, om 11u en 14u, met een focus op het werk van Jos Chabot. De wandelingen starten telkens aan het station van Mechelen en eindigen met een bezoek aan de expo en het huis Cabuy.
Meer info en boekingen: https://www.toeristmodernist.be/product/house-leclercqvandamme/
Over Huis Cabuy
Aan het Leuvense kanaal in Mechelen bevindt zich Huis Cabuy, een woning uit de jaren 1930, ontworpen door architect Jos Chabot voor het echtpaar Cabuy–De Swert. De villa is geklasseerd als beschermd monument en geldt als een belangrijk voorbeeld van het modernisme uit het interbellum in Mechelen.
Chabot, bekend als een gematigd modernist, combineerde in dit ontwerp de strakke vormentaal van de Nieuwe Zakelijkheid met subtiele Art Deco-accenten. Het resultaat is een gebouw dat helder, ritmisch en speels is.
Huis Cabuy wordt vandaag niet meer bewoond, maar doet dienst als tentoonstellingsruimte voor kunst en design. Zo krijgt het gebouw een nieuwe culturele rol als ontmoetingsplaats waar erfgoed en hedendaagse creatie elkaar versterken. De villa belichaamt niet enkel de architecturale kwaliteit van Chabot’s werk, maar toont ook hoe de architectuur van het interbellum kan worden herontdekt en betekenisvol blijven in onze tijd.
Over Jesse Willems
De Belgische kunstenaar Jesse Willems (°1984) leeft en werkt in Antwerpen. Zijn beeldtaal beweegt zich tussen fotografie, collage en assemblage. Vaak vertrekt hij van kleine, alledaagse fragmenten — ogenschijnlijk banale details die we gemakkelijk over het hoofd zien. Door ze los te maken van hun oorspronkelijke context geeft Willems ze een nieuwe betekenis en nodigt hij de toeschouwer uit tot traagheid en contemplatie.
Zijn oeuvre ontwikkelde zich gaandeweg naar een meer abstracte en sobere beeldtaal, gedomineerd door zachte tonen en geometrische ritmes. Fotografie blijft zijn vertrekpunt: hij haalt abstractie uit de werkelijkheid en transformeert die via collage tot composities die balanceren tussen orde en toeval, controle en verrassing.
De voorbije jaren stelde Willems tentoon in België en daarbuiten, onder meer in Frankrijk en Oostenrijk. Zijn werk maakt deel uit van zowel publieke als privécollecties, waaronder die van het Belgische Ministerie van Buitenlandse Zaken en de Verbeke Foundation. Zo bouwt hij gestaag aan een ingetogen maar intens aanwezig oeuvre, gekenmerkt door concentratie en stilte eerder dan spektakel.
Beelden

























